We zijn er nu wel klaar mee, zingt de zingende taxichauffeur uit de Jordaan
door Bas van Vuren
7 mei 2020
Beste lezer,
Ik kan deze brief op allerlei manieren beginnen. Bijvoorbeeld zo:
Deze weken zijn heerlijk. Ik zie mijn gezin veel. Iedereen is gezond om ons heen. De zon schijnt. Mijn zoontje houdt van wandelen. Ik ook. Kortom, genieten.
Maar tegelijkertijd kan ik ook zo openen:
Deze weken zijn verschrikkelijk. De zieken, de doden, de onzekerheid bij iedereen, de impact op de economie en cultuur, onze mooie voorstellingen die niet door zijn gegaan en gaan. Ik weet bijna niet waar te beginnen.
Het is dubbel. Zolang ik thuis ben, en dat ben ik veel natuurlijk, kan ik fijne dagen hebben. De stress van overvolle dagen met reizen van hot naar her en steeds net niet op tijd ergens kunnen zijn is er niet. Mijn computer is al weken niet in mijn rugzak gegaan en online kan je best een redelijk gesprek voeren. De drukte van voor corona wordt behoorlijk relatief in deze tijd en ik heb het idee dat zo even vertragen best ‘gezond’ is voor de snelle wereld waarin we leven, hoe ironisch dat ook is.
Maar er ligt steeds ook een ongemakkelijk, zeurend gevoel onder de dagen. Dat gevoel gaat bijvoorbeeld over de manier waarop we Hoe ik talent voor het leven kreeg voor nu hebben moeten afsluiten. Vlak voor de coronamaatregelen waren we bezig om bij de laatste voorstelling alle 175 spelers met een vluchtverleden in de laatste voorstelling in Theater De Meervaart op het podium te zetten en te eindigen met een goed feest. Nu hebben we filmpjes opgenomen en elkaar online gezien. Het voelt als het plotseling afbreken van een reis waar je al heel lang naar toe hebt geleefd.
Ik weet niet hoe het bij jou is, maar wij verhouden ons elke week tot een mogelijk nieuw scenario voor de komende tijd. Nu mogen de theaters binnenkort weer open, maar wel voor dertig mensen inclusief personeel (en als ze al niet omgevallen zijn). Dertig mensen is de helft van de cast en crew van Hoe ik talent voor het leven kreeg… Er zullen veel exclusieve en vast ook bijzondere voorstellingen komen met misschien twintig mensen op anderhalve meter van elkaar. Maar als het zo doorgaat kan de herneming van MOLLEN in november op Utrecht Centraal ook niet door gaan. Zo langzamerhand gaat deze situatie ook een grotere betekenis krijgen, want theater draait om nabijheid en hoe doe je dat met die anderhalve meter?
Ik probeer me vast te houden aan de gedachte dat theater al wel ergere dingen heeft overleefd. Als je bedenkt dat theater er al lang voor de jaartelling was hoeven we ons geen zorgen te maken dat deze tijdelijke maatregelen het definitief de nek om zullen draaien. Geen troost voor al die kunstenaars en theaters die niet weten hoe ze nu aan geld moeten komen, maar wel voor de toekomst. Alleen is de vraag hoe het er dan uit zal zien.
Als ik een hoop mag uitspreken, dan is het dat we het besef van kwetsbaarheid dat veel mensen in deze tijd hebben een beetje meenemen in het post-corona tijdperk. Ik bedoel niet de fysieke kwetsbaarheid, maar dat we ons realiseren dat de wereld die we kennen ineens anders kan zijn. En als we dan theater op straat maken of in de theaters, voor één toeschouwer of voor duizend, dat we door dat besef iets sneller dichter bij elkaar komen, iets meer open staan, omdat we even hebben gevoeld dat we allemaal kwetsbaar zijn.
Ik wens je goede dagen met de mensen om je heen en sterkte voor alle dagen op afstand die nog komen.
Hartelijk,
Floris van Delft
Artistiek leider ‘Wat we doen’ | Huisgezelschap Meervaart
door Floris van Delft