Voorbij is de afstand. Ik stap in de vrijwel lege tram. Al snel neemt iemand pal achter mij plaats. Ik sta op. De tram vult zich. De dichtst bij zijnde deur is geen uitgang meer. De oude regels zijn weer van kracht.
*noot* De verandering verwarde mij. Bij het tekenen herinnerde ik mij de mondkapjes niet. De passagiers dragen ze in de volgende tekening wel.
door Diana Ozon