Koningsdag / De redding is dichtbij / De leraar is moe / Backgammon across borders / Museumplein
door Mandra Wabäck
De crisis van de afgelopen maanden legt onderliggende problemen op de Amsterdamse woningmarkt verder bloot en laat zien hoe de economie van de stad is gegijzeld door toerisme. Hoe verrijst Amsterdam uit de coronacrisis? ‘De echte klap gaat nog komen.’
De terrassen zijn weer open en na maanden van onthouding zorgt dat voor nieuw leven in een bijna slapende stad. Oude gewoontes krijgen voorzichtig weer de ruimte en dat is ook te zien bij het Amsterdamse café De Ysbreeker, waar de koffiegesprekken met enige aarzeling op gang komen. Niet zoenen, geen handen schudden, wel groeten, maar hoe dan? En wat vindt de ander van de coronaregels, van de complottheorieën, het rivm en van de buren die een barbecue gaven? Onderwerpen die normaal gesproken bij de koffieautomaat of op het schoolplein tussen neus en lippen door besproken worden, zijn nu maanden blijven hangen. Daarom is het weer even zoeken naar de juiste golflengte: waar zijn we het over eens en waar kunnen we het beter even niet over hebben?
Ondernemer Jacques Huppes (32) oogt kalm en onbezorgd. Twee weken eerder publiceerde hij een petitie voor het beperken van het aantal toeristen in de stad. Binnen een paar uur stonden er meer dan duizend handtekeningen onder en inmiddels is de grens van 27 duizend bereikt. Dat aantal geeft recht op het aanvragen van een referendum. Of hij verbaasd is door dit succes? ‘Ja’, zegt Huppes. ‘Ik denk ook dat het misschien heel anders was gelopen als we dit een paar maanden eerder hadden gedaan.’
De gedwongen rust die het coronavirus oplegde heeft mensen de ogen geopend en de angst dat het toerisme weer in de oude vorm terugkeert zorgt voor een hernieuwd bewustzijn. De voorstellen van Huppes om het aantal toeristen te beperken tot maximaal twaalf miljoen per jaar, om een wethouder van toerisme en leefbaarheid aan de stellen en de toeristenbelasting flink te verhogen komen voor veel mensen op het juiste moment.
De stilte en de leegte waren pijnlijk en onheilspellend, maar ze brachten ook een grote schoonheid met zich mee. Zonder de mensenmassa’s bleek de Dam ineens een prachtige plek en waren de grachten een oase van rust. Vanaf de Wallen kwamen enthousiaste verhalen van bewoners die voor het eerst een praatje maakten met hun buren. Huppes groeide op tegenover het wereldberoemde erotische theater Casa Rosso, in het huis waar zijn ouders nog steeds wonen. ‘Toen was het echt een woonbuurt’, zegt hij. Het voelde als een verademing dat hij er de afgelopen maanden weer kon wandelen en struinen.
‘Never let a good crisis go to waste’, zei Winston Churchill tijdens de Jalta-conferentie in 1945. Hoe gruwelijk de oorlog ook was geweest, laat het ook een moment zijn voor herbezinning en voor het effenen van een nieuw pad. Rahm Emanuel, topadviseur van Barack Obama, sprak dezelfde woorden in 2008, tijdens de financiële crisis die Wall Street en de totale wereldeconomie deed wankelen. Hij herhaalde ze een paar maanden geleden toen het coronavirus op weg was naar de Verenigde Staten. ‘Start planning for the future. This has to be the last pandemic that creates an economic depression.’
Emanuel zei het in het abc-televisieprogramma This Week, in de week dat Nederland door het virus tot stilstand was gebracht. Ruim twee weken na de eerste geregistreerde besmetting bij een man in Noord-Brabant ging het land grotendeels op slot. Scholen, kantoren, theaters, winkels en horeca sloten de deuren, vliegtuigen bleven aan de grond en een beperkt aantal treinen reed zo goed als leeg van de ene bestemming naar de andere. In Amsterdam werden sportvelden en hangplekken hermetisch afgesloten. De kennis van het virus was nog beperkt en iedere mogelijke besmettingshaard werd bij voorbaat onschadelijk gemaakt.
In het olvg-ziekenhuis, op een paar honderd meter afstand van De Ysbreeker, bereidde het personeel zich voor op de golf van patiënten waar ziekenhuizen in Italië door waren overvallen. De beelden van pure angst en wanhoop bij artsen en verpleegkundigen in Lombardije zorgden ook in Nederland voor paniek. Hoe ga je om met een onophoudelijke stroom van patiënten die je voor je ogen ziet sterven, zonder iets voor ze te kunnen betekenen? Het is een type machteloosheid dat we in de westerse wereld ontwend zijn en waar we ons moeilijk raad mee weten.
Daarom was het niet gek dat het even duurde voordat men het aandurfde om de andere kant van het verhaal te belichten: de psychische gevolgen van een isolement, de uiteenlopende gevaren van gesloten scholen en kinderen die gedwongen thuis zitten, en de enorme economische schade waarvan we de omvang nog steeds niet goed kennen. In opdracht van de gemeente Amsterdam schatte onderzoeksbureau seo eind maart dat de coronamaatregelen zouden leiden tot een negatief effect van 1,6 miljard euro per maand op het bbp van de regionale economie. In plaats van de aanvankelijk verwachte groei van 2,3 procent in 2020 voorspelde seo een krimp van 1,5 procent. Door de sterke aanwezigheid van de horeca, de luchtvaart, hotels, cultuur en groothandel wordt Amsterdam relatief hard geraakt. Volgens seo wordt bijna een derde van de banen in en rondom de stad direct of indirect geraakt door de coronamaatregelen. Dat zijn er 376 duizend, waarvan twee derde in de stad zelf en een derde in de omliggende gemeenten.
Ondernemer Colin van Wonderen was een van de eersten die de handdoek in de ring gooide. Begin april vroeg hij faillissement aan voor zijn vier stroopwafelwinkels en zijn patatzaak in de binnenstad. Zijn zaken liepen al niet goed en de hoop op betere tijden vervloog op het moment dat Nederland zijn grenzen sloot voor mensen van buiten de Europese Unie. In plaats van een kolkende massa veranderde de Amsterdamse binnenstad in een van de meest verlaten stukjes Nederland. ‘Je ziet dat heel veel winkels afhankelijk zijn geworden van toerisme’, zegt Annemieke Bieringa, winkelstraatmanager van de Damstraat, Zeedijk, Nieuwmarkt en de straten daaromheen. ‘Dat wisten we al, maar dat wordt nu nog zichtbaarder.’
‘Het is kommer en kwel’, zegt D66-fractievoorzitter Reinier van Dantzig eind april. Behalve politicus is Van Dantzig ook eigenaar van drie horecagelegenheden in Amsterdam. Hij maakt zich op dat moment niet eens zozeer zorgen over zijn eigen inkomsten, maar vooral over die van zijn leveranciers. ‘Mijn koekjesleverancier kan de rekeningen niet meer betalen’, legt hij uit. Om er toch nog het beste van te maken en om zijn leveranciers nog enig perspectief te bieden, is Van Dantzig een klein marktje begonnen bij een van zijn zaken. Het loopt redelijk en dat is op dat moment even precies genoeg. ‘Je wil ondernemen, maar je wil niet dat het te druk wordt.’
Zo wordt er in coronatijd door meer ondernemers gezocht naar creatieve oplossingen om iets van inkomsten te genereren. Restaurants en cafés beginnen afhaalservices, deuropeningen veranderen in marktkraampjes, boekhandels rijden rond om bestellingen af te leveren, sommige hotels verhuren hun kamers als werkplek voor ouders die met de kinderen thuis nergens aan toe komen.
Net als stroopwafelverkoper Van Wonderen hoefde tourgids Remco niet lang na te denken. ‘Ik heb meteen een faillissement aangevraagd’, zegt hij door de telefoon. Vanaf februari, toen het virus in Italië om zich heen greep, kreeg hij dagelijks annuleringen binnen. Op een gegeven moment was zijn volle agenda voor de maand april, zijn beste maand, helemaal leeg. ‘Er waren er nul over. Alles is weggevallen en ik verwacht niet dat het snel gaat veranderen’, zegt hij. ‘Ik zou iedere dag één of twee tours doen. Fietstochten, de Keukenhof, coffeeshops, Giethoorn. Maar dan niet zoals andere gidsen het doen. Ik ga altijd weg van de gebaande paden, off the beaten track.’ Remco noemt het bestaan als tourgids de leukste tijd van zijn leven, beter dan de periodes bij een Japanse bank, bij een financiële instelling uit de Verenigde Staten of bij De Telegraaf. ‘Ik heb er echt om gehuild’, zegt hij. ‘Het ging zo goed, ik had een heel meerjarenplan uitgestippeld, mijn klanten waren alleen maar positief.’ En toen kwam corona.
Gezien zijn roerige verleden is hij niet eens echt verbaasd. Hij wordt al zijn hele leven door ‘een strontkar overreden’, vertelt Remco. Tijdens de vorige crisis was het precies hetzelfde verhaal. Net toen hij zijn makelaarsdiploma had behaald, stortte de woningmarkt volledig in. ‘Maar ik ben ondernemer, dus ik heb alweer een nieuw plan’, zegt hij. Hij heeft faillissement en een bijstandsuitkering aangevraagd en zich aangemeld voor een bijzonder bijstandstraject. Daarmee hoopt hij de overstap naar de makelaardij alsnog te kunnen maken. ‘Mensen zitten sky-high in hun hypotheek. Als een van de twee door deze crisis zijn baan verliest, moeten ze hun huis verkopen. De zeepbel gaat klappen.’
Of het komt door verlies aan inkomen of door andere factoren is nog niet geheel bekend, maar feit is wel dat er in Amsterdam via Funda inmiddels meer woningen te koop staan dan lange tijd het geval is geweest. Op 14 maart waren het er 3152, op 7 juli 4686, een stijging van bijna vijftig procent in minder dan vier maanden tijd. Woningen worden minder makkelijk verkocht en tegelijkertijd maken twijfelaars nu haast met een verhuizing naar buiten de stad, op zoek naar meer ruimte en angstig voor een eventuele serieuze crisis op de Amsterdamse woningmarkt. Maar ook de afwezigheid van veel expats speelt een grote rol. Dat wordt ook duidelijk uit de prijsdaling van huurwoningen in de vrije sector.
Verhuurplatform Pararius concludeerde begin juli dat de prijzen voor het tweede kwartaal op rij waren gedaald. In Amsterdam bedroeg de daling in het tweede kwartaal 1,4 procent, tegenover een landelijke gemiddelde stijging van 2,4 procent. Ook in de duurste en meest gewilde stadsdelen, Centrum en Zuid, daalden de prijzen. Hoewel Pararius geen uitsluitsel kan geven over de oorzaak van de daling hebben de onderzoekers een sterk vermoeden dat de afwezigheid van expats en toeristen een belangrijke rol speelt. Een flink deel van de potentiële huurders is weggevallen en veel voormalige vakantieappartementen worden nu als woning aangeboden. Het aanbod neemt toe, terwijl de vraag afneemt.
Data-expert Nico van Gog deed in opdracht van het Huurders Netwerk Amsterdam onderzoek naar deze ontwikkeling. Hij concludeerde dat veel voormalige vakantiewoningen die werden aangeboden op platforms als Airbnb, Booking.com en HomeAway opnieuw zijn ingericht en met nieuwe foto’s worden aangeboden op woningverhuursites als Funda, Pararius en Kamernet. Van vijftig appartementen kon hij op basis van identieke foto’s met zekerheid vaststellen dat het gaat om voormalige vakantieappartementen die nu als woning worden verhuurd, maar hij vermoedt dat het in totaal om ongeveer duizend woningen gaat. Bij het overgrote deel gaat het om tijdelijke verhuur van twee tot vier maanden, waarschijnlijk in de hoop dat het toerisme later dit jaar weer op gang komt. Een appartement van 55 vierkante meter in de Graaf Florisstraat wordt aangeboden voor 1750 euro per maand, een studio op zolder van 48 vierkante meter in de Elisabeth Wolffstraat voor 1450 euro.
In andere regio’s melden makelaars juist een sterke toename van het aantal kopers. In Zeeland stonden woningen in 2018 nog gemiddeld 189 dagen te koop, maar volgens voorzitter Hendrik van Hoeve van de Zeeuwse tak van de Nederlandse Vereniging voor Makelaars (nvm) is dat nu niet langer dan dertig tot 35 dagen. ‘Veel woningen komen niet eens meer op de markt’, zegt hij in de Provinciaalse Zeeuwse Courant. De nvm concludeert op basis van de cijfers over de periode april-juni dat in Drenthe, Gelderland en Friesland een lichte stijging is van het aantal woningzoekers uit de Randstad. In dezelfde periode werden er in Amsterdam dertien procent minder woningen verkocht dan in dezelfde periode ervoor. De gemiddelde verkoopprijs in de stad daalde met 2,8 procent; de prijs van appartementen met bijna vijf procent.
Is de voorzichtige afkoeling van de al jarenlang oververhitte Amsterdamse woningmarkt tijdelijk of zorgt de coronacrisis voor een verandering op langere termijn? Willen mensen nu even weg uit de stad omdat er geen feestjes en festivals zijn en omdat uit eten gaan, borrelen, winkelen, de bioscoop en het theater onder de huidige corona-omstandigheden weinig plezier opleveren? Of is het een moment van bezinning en komen mensen tot het inzicht dat ze eigenlijk gewoon liever ergens anders willen wonen?
Uit cijfers uit de VS is duidelijk dat de grote steden daar niet of nauwelijks meer groeien, terwijl aantrekkelijke en economisch vitale kleinere steden dat juist wel doen. New York verloor in 2018 ruim honderdduizend inwoners, Los Angeles ruim 73 duizend en Chicago bijna 59 duizend, terwijl Phoenix, Dallas en Las Vegas er ieder honderdduizend inwoners bij kregen. Ook progressieve, groene en cultureel rijke universiteitssteden als Austin, Denver en Seattle zijn zeer in trek.
Volgens The Atlantic wordt deze verandering veroorzaakt door de extreem hoge woningprijzen in de grootste steden en door het feit dat de ‘hipstercultuur’ inmiddels is doorgedrongen tot steden in het hele land. ‘In de afgelopen tien jaar hebben ontwikkelaars een standaardconcept voor millennials ontwikkeld. Als iemand van Brooklyn naar Boise verhuist, verruilt hij het ene pakket van hipsterkoffiebar, lunchcafé en cocktailbar voor het andere.’ Ook wijst The Atlantic erop dat het binnenlandse migratiesaldo in New York, Los Angeles en Chicago al twintig jaar negatief is. De groei van deze steden werd veroorzaakt door de grote aanwas van buitenlandse migranten, vooral kenniswerkers, die werkten voor grote, vaak internationale bedrijven. Het aantal Amerikanen dat ernaartoe verhuist is al sinds het begin van de 21ste eeuw lager dan het aantal dat vertrekt.
Ook in Amsterdam is het aantal Nederlanders dat naar de stad trekt lager dan het aantal dat de stad verlaat. De sterke groei van de afgelopen jaren wordt ook hier veroorzaakt door de grote hoeveelheid expats en buitenlandse studenten die zich ieder jaar in de hoofdstad vestigt. Nu zij door de uitbraak van het coronavirus naar hun thuisland vertrokken of niet kwamen, zag Amsterdam het aantal inwoners voor het eerst in zeer lange tijd afnemen. Volgens cijfers van het gemeentelijke bureau Onderzoek, Informatie en Statistiek (ois) nam het aantal inwoners in maart, april en mei iedere maand af met circa duizend. Deze daling ligt ook aan een lager geboortecijfer en een hoger sterftecijfer dan in dezelfde periode in voorgaande jaren.
Hoofdeconoom Menno Middeldorp van de Rabobank voorspelt een lastige tijd voor de grote steden. De nieuwe mogelijkheden die het thuiswerken biedt maken het voor meer mensen interessant om op grotere afstand van hun werkplek in de stad te wonen, schrijft hij in een opiniestuk voor RTL Nieuws: ‘Het is daarom goed mogelijk dat veel stedelingen de komende jaren verhuizen naar prettigere woongebieden.’ In de grote steden is de ‘brede welvaart’ volgens metingen van RaboResearch en de Universiteit Utrecht namelijk veel lager dan in veel andere delen van het land. Amsterdam, Den Haag en Rotterdam scoren slecht, terwijl bijvoorbeeld Noord-Drenthe, Zuidwest-Friesland en Het Gooi bijzonder goed scoren. ‘Gebieden (…) waar het prettig leven is door grotere woningen, weinig criminaliteit en veel natuur bijvoorbeeld’, aldus Middeldorp. Om een trek uit de stad te voorkomen zouden de grote steden een balans moeten vinden tussen het in stand houden van de hoogstedelijke buzz van mensen, voorzieningen en carrière- en ontplooiingskansen en het verbeteren van de leefbaarheid: meer groene openbare ruimte, minder luchtvervuiling en meer betaalbare woningen in een fijne omgeving.
Vooralsnog zijn de cijfers en voorspellingen voor wethouder Rutger Groot Wassink (GroenLinks) geen reden om te denken dat er iets wezenlijk aan het veranderen is. ‘Ik geloof er niks van dat de vraag naar woningen in Amsterdam op lange termijn minder wordt’, zegt hij. ‘Er zijn nog altijd heel veel mensen die in de stad willen wonen.’ Het is warm en hij heeft een drukke dag achter de rug. Alweer. Veel rust is er in crisistijd niet bij voor de man die verantwoordelijk is voor de bestrijding van werkloosheid. Maar het doet hem ook goed om te zien hoe snel er dingen worden geregeld als het nodig is. Gratis computers voor scholieren, uitstel van belastingen, de opvang van daklozen, het verwerken van de aanvragen voor financiële ondersteuning – het moest allemaal vanuit het niets gebeuren en het gebeurde ook.
‘De echte klap gaat nog komen’, vermoedt de wethouder. ‘In het najaar, als de speciale financiële coronaregelingen worden beëindigd.’ Dan zullen zzp’ers en flexwerkers die het zonder Tozo (tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandigen) of Tofa (tijdelijke overbruggingsregeling voor flexibele arbeidskrachten) toch niet redden zich melden voor een bijstandsuitkering. Dan zal ook blijken welke ondernemers toch personeel zullen moeten ontslaan omdat de eenmalige regelingen en de mogelijkheid tot arbeidstijdverkorting niet voldoende zijn om op de oude voet door te gaan.
‘Vooral jongeren en flexwerkers worden hard geraakt’, merkt Groot Wassink. Het zijn groepen met weinig zekerheden op de arbeidsmarkt. Ook het Sociaal Cultureel Planbureau concludeert dat flexwerkers hard worden geraakt en merkt daarbij op dat mensen met een niet-westerse migratieachtergrond, laagopgeleiden en mensen met een arbeidsbeperking in deze periode het kwetsbaarst zijn.
Vier maanden na de schatting van onderzoeksbureau seo voorspelt het economische bureau van de Rabobank nog zwartere cijfers. De regionale Amsterdamse economie krimpt dit jaar volgens de onderzoekers niet met 2,3 maar met 5,6 procent, net iets minder dan de verwachte landelijke krimp van zes procent. Volgens het economisch bureau van Rabobank wordt Amsterdam hard geraakt door de vele banen in de toeristische sector, de culturele sector en de horeca, die tot de zwaarst getroffenen behoren. Maar tegelijkertijd ziet het onderzoeksbureau dat de grote omvang van de dienstensector het in de stad mogelijk maakt om thuis te werken, waardoor veel werk toch gewoon kan doorgaan. Bovendien is het ondernemersklimaat in Amsterdam en omstreken goed en dat is een belangrijke factor bij het herstelvermogen van de regionale economie.
Dat neemt niet weg dat de cijfers verontrustend zijn. Het aantal passagiers op Schiphol nam ten opzichte van 2019 af met 97 procent: van de 6,4 miljoen passagiers in mei vorig jaar waren er twaalf maanden later nog 208 duizend over. Tussen half maart en half mei was meer dan de helft van de hotels in de stad dicht, de bezettingsgraad van de hotelkamers was in die periode tien procent. Het aantal werkloosheidsuitkeringen steeg van vijftienduizend in maart naar 21 duizend in mei en het aantal bijstandsuitkeringen van 38,6 duizend naar 40,3 duizend. Daar komt bij dat de gemeente circa 220 miljoen euro misliep aan verwachte inkomsten uit toeristenbelasting, parkeerinkomsten en aandeelhoudersdividend van onder andere Schiphol en de Rai, die door het afgelasten van congressen al maanden nagenoeg leeg staat.
In een poging om verdere toename van werkloosheid in het najaar tegen te gaan, richtte Groot Wassink samen met buurgemeenten het Regionaal Werkcentrum Amsterdam op. Mensen die hun baan of opdrachten zijn kwijtgeraakt kunnen hier terecht voor hulp en advies bij het vinden van nieuw werk. ‘We moeten voorkomen dat mensen in een uitkering terechtkomen’, zegt Groot Wassink. De ervaring leert dat het nog veel lastiger is om weer werk te vinden wanneer iemand aan de zijlijn is beland. Maar hij weet ook dat een overstap van de culturele sector of de horeca naar de supermarkt voor lang niet iedereen een acceptabele oplossing is. Van het theater naar een distributiecentrum is nogal een stap.
Daarom doet de gemeente er alles aan om oplossingen te bedenken voor de meest getroffen sectoren. Culturele instellingen krijgen aanvullende steun, cafés en restaurants mogen hun terrassen vergroten. Maar tegelijkertijd is er een sterk bewustzijn dat dit ook wel eens het moment kan zijn om verandering teweeg te brengen. De stilte in de binnenstad maakte pijnlijk duidelijk hoe eenzijdig het aanbod is geworden en hoezeer bewoners zich hebben afgekeerd van het historische hart van de stad. ‘Het was ons echt wel over de schoenen aan het lopen qua toerisme’, zegt D66-fractievoorzitter Van Dantzig. ‘Daar maken ook veel ondernemers zich zorgen over. We moeten een reanimatieplan voor de binnenstad opstellen om te voorkomen dat het weer wordt zoals in de periode hiervoor.’
Twee jaar na de presentatie van het ambitieuze coalitieakkoord Nieuwe lente, nieuw geluid is nog lang niet op alle fronten de gewenste vooruitgang geboekt. Hoewel op 1 juli in een aantal buurten een Airbnb-verbod inging, er formeel geen hotelvergunningen meer worden verleend en ook nieuwe toeristenwinkels in principe geen vergunning meer krijgen, is er nog geen sprake van dat het massatoerisme is teruggedrongen. Volgens Huppes hoeft dat niet zo ingewikkeld te zijn. De gemeente is tot nu toe te lief en te naïef geweest, vooral in haar houding tegenover de hotelbranche. ‘Hotels zijn astronomische bedragen aan het verdienen’, zegt hij. Vorig jaar deed hij met behulp van verschillende experts grondig onderzoek naar het verdienmodel van de sector en naar de geldstromen. Van de vijftig grootste hotels in de stad zijn er 42 in handen van buitenlandse hotelketens. Deze hotels zijn goed voor vijftienduizend kamers, voor bijna de helft van het totale aantal overnachtingen in de stad en hebben samen jaarlijks een omzet van een miljard euro. Negentig procent van die winst komt terecht bij de buitenlandse eigenaren.
Er is een heel simpele methode om het toerisme terug te dringen, zegt Huppes. De toeristenbelasting is een perfect middel om zelf de regie te houden. Door die stevig te verhogen, zou je het aantal bezoekers aan de stad beperken tot ongeveer twaalf miljoen. Dat was het aantal in 2014, het jaar dat de gemeente zelf heeft aangewezen als omslagpunt. In 2019 waren het er negentien miljoen en volgens schattingen zal het aantal zonder maatregelen de komende jaren oplopen tot dertig miljoen. ‘Hoe groot de verhoging moet zijn om op het juiste aantal uit te komen, is een kwestie van zoeken naar de juiste balans’, zegt Huppes. Maar hij noemt dertig procent als richtpunt. Op basis van de bezoekersaantallen uit 2019 kom je dan bij een ‘conservatieve schatting’ uit op een bedrag van vierhonderd miljoen euro, aldus Huppes. ‘Dat geld kun je besteden aan zorg, onderwijs, betaalbaar wonen, verduurzaming, lastenverlichting en handhaving. Als je dit plan doorvoert gaat er ruimte vrijkomen en daar kun je mooie dingen mee doen.’
Wethouder Groot Wassink kijkt vertwijfeld als hij de voorstellen van Huppes hoort. ‘Het voelt toch een beetje als tolpoortjes neerzetten’, zegt hij. ‘Ik wil juist dat Amsterdam een open stad is, toegankelijk voor iedereen.’ Hij denkt zelf aan voorzichtigere stappen, bijvoorbeeld het veranderen van de bestemming als een hotel of souvenirwinkel het niet redt of het opkopen van panden die leeg komen te staan. De afgelopen jaren zijn veel panden met een publieke functie veranderd in hotels, dat zou je kunnen terugdraaien. Maar dat is niet gratis en onder de huidige omstandigheden zijn de zakken van de gemeente aanzienlijk minder diep dan een jaar geleden.
Bovendien zijn er andere kapers op de kust. Volgens verschillende berichten melden vastgoedhandelaren die werken met schimmig geld zich weer nadrukkelijk in de stad, zoekend naar ondernemers en vastgoedeigenaren die zich in deze moeilijke tijd willen laten uitkopen. Op faillissementen in de souvenirverkoop hoeft de gemeente ook niet te rekenen: de wankelende kleintjes zijn nu een gewilde prooi voor de grotere spelers in de sector. Verhuurder Nedstede van ondernemer Michael van Kuit is een van de grootste en meest gehaaide spelers in de Amsterdamse vastgoedbranche. Als hij kansen ziet, dan is daar een reden voor.
‘Ik maak me nu vooral zorgen over het type toerisme dat weer op gang komt’, zegt winkelstraatmanager Annemieke Bieringa. Bezoekers uit onder andere China, India, de VS en Rusland zijn nog niet welkom in Nederland en Europese bezoekers uit het hogere segment blijven vooralsnog veel in eigen land. Bieringa ziet vooral het ‘goedkope’ toerisme terugkeren. ‘Drugstoeristen uit Italië, Frankrijk en Duitsland. Ze komen met de auto hiernaartoe, slapen in de auto, blowen in de openbare ruimte en gaan weer naar huis.’ Een beeld waar zowel zij als veel ondernemers waar ze mee werkt niet vrolijk van worden. ‘Men is het zat dat dit het imago is van de stad.’ Een verzameling kleine en grote winkeliers, hoteliers, horecaondernemers en buurtverenigingen uit de binnenstad startte daarom onlangs de petitie ‘Stop het drugstoerisme in Amsterdam’. Onder hen zijn ook grote hotels als L’Europe, The Grand en Conscious Hotels.
Uit onderzoek van oisbleek eerder dit jaar dat een derde van de buitenlandse bezoekers minder vaak Amsterdam zou bezoeken als er in de stad geen legale verkoop van softdrugs zou zijn; van de respondenten zei 57 procent dat de coffeeshops een belangrijke rol spelen bij de keuze om te komen. Burgemeester Femke Halsema gebruikte de bevindingen uit het onderzoek als onderbouwing bij haar ambitie om de Wallen radicaal aan te pakken en om het drugstoerisme terug te dringen. Ze presenteerde onder meer een plan voor een ‘prostitutiehotel’ of een ‘erotisch centrum’ op een nog nader te bepalen locatie in de stad om sekswerkers van de Wallen in onder te brengen. De gemeenteraad moet zich nog over dit voorstel buigen. Ook een variant op de wietpas, die het voor buitenlandse bezoekers onmogelijk maakt om drugs te kopen in de plaatselijke coffeeshops, is in de Amsterdamse politiek niet meer taboe.
Maar ook Schiphol is wat het stadsbestuur betreft een serieus onderwerp van gesprek. ‘Dat is de toeristenkraan’, zegt Groot Wassink. ‘Zolang we die niet dichtdraaien, is het dweilen met de kraan open.’ In het collegeakkoord is twee jaar geleden zeer bewust een passage opgenomen waarin staat dat verdere groei van de luchthaven wat Amsterdam betreft niet aan de orde is en dat standpunt geldt nog steeds.
In mei maakte Halsema bekend dat ze de openbare ruimte juist in coronatijd beschikbaar wil houden voor bewoners. Waar nodig zal ze het aantal bezoekers met strenge maatregelen beperken. ‘De anderhalvemetersamenleving maakt duidelijk dat het heel druk is in Amsterdam’, zei de burgemeester in Het Parool. ‘Het kost ons al moeite om voldoende openbare ruimte te regelen voor onze bewoners. We krijgen problemen als de toeristen in groten getale terugkomen.’
Tijdens de hoogtijdagen van de corona-epidemie in Nederland ontstond er landelijk tumult over beelden van grote drukte in de Amsterdamse parken en plantsoenen. Vooral in het Vondelpark en in het nieuwe Park Somerlust aan de Amstel was te weinig ruimte voor de grote hoeveelheid picknickers en borrelaars, op zoek naar een veilig stukje groen in quarantainetijd. Naarmate de stad meer inwoners, werkende mensen en bezoekers heeft, wordt de druk op de beschikbare ruimte groter. Dat is al jaren voelbaar, maar met de noodzaak om afstand te houden is de schaarste aan ruimte ineens een acuut probleem. Door de straten in de stad tijdelijk op een andere manier in te richten probeert de gemeente op korte termijn meer ruimte te creëren. De Eerste van Swindenstraat en de Jan Pieter Heijestraat zijn op 13 juli de eerste straten waar fietsers naar de rijbaan verhuizen om zo voetgangers meer lucht te geven. Auto’s mogen er niet harder rijden dan dertig kilometer per uur. De komende tijd volgen er meer straten.
Het verplaatsen van fietsers naar de rijbaan en het invoeren van meer dertigkilometerzones is ook voor de langere termijn een serieuze optie, die al langer wordt onderzocht. De smalle stoepen en fietspaden zorgen al jaren voor problemen voor de groeiende hoeveelheid voetgangers en fietsers. De komende jaren worden verschillende maatregelen doorgevoerd om in ieder geval de binnenstad ‘autoluw’ te maken: doorgaande straten worden opgeknipt, er komt meer eenrichtingsverkeer en duizenden parkeerplaatsen worden opgeheven. Als voorbeeld voor de mogelijkheden die dit biedt, duikt vaak de Frans Halsbuurt in De Pijp op, waar bewoners stadstuintjes maakten op de plek waar parkeerplaatsen verdwenen. Ook wordt gekeken of het noodzakelijke herstel van vele kilometers kade kan worden aangegrepen om stevig te vergroenen.
Dit zou passen in de plannen van SP-wethouder Laurens Ivens om de stad ‘radicaal te vergroenen’. De komende decennia moeten bestaande parken worden uitgebreid, zullen er waar mogelijk postzegelparkjes, bomen, moestuinen en dakparken worden aangelegd. Er wordt gekeken naar het beplanten van gevels en als het aan Ivens ligt, komt er eindelijk weer een echt groot park of bos bij. Als mogelijke locaties noemt hij de grote nieuwe wijk Haven-Stad of een van de IJ-oevers. Ook wordt gekeken naar locaties in de richting van Schiphol, waar rondom De Nieuwe Meer mogelijkheden liggen. Het honderd jaar oude Amsterdamse Bos zal binnenkort onder handen genomen worden om de natuur meer ruimte te bieden en rustzoekers beter te bedienen.
Zo ontstaat er op de tekentafel een stad die zichzelf heeft hervonden en klaar is voor de toekomst. Een Amsterdam waarin bewoners weer centraal staan, waar ruimte is om te leven en waar het woonklimaat aantrekkelijk genoeg is om te concurreren met Zutphen, Deventer of Middelburg. Maar plannen maken is een stuk makkelijker dan ze uitvoeren. En toch zou het ook zomaar het moment kunnen zijn waarop er dingen mogelijk zijn die een jaar geleden ondenkbaar waren. Want wie de schoonheid van de grachten, de pleinen en de lichtjes weer met eigen ogen heeft gezien, wil die eigenlijk niet meer kwijt.
door Floor Milikowski